vrijdag 25 mei 2012

Kikkervisjes met stropdas

We hadden dus een paar honderd kikkervisjes... zie een eerdere post. 

Enkele zijn een kantoorleven begonnen, in de goudvissenkom die bij de receptie staat op het kantoor waar ik nu nog werk. Even lukte het me om enkele mensen ervan te overtuigen dat het goudvissenjongen waren. Maar blijkbaar is het nog niet zo treurig gesteld met biologieonderwijs in Nederland, want al snel was bekend dat het ging om doodgewone donderkopjes. 

Enfin, de baas van de goudvissenkom was niet overtuigd van nut en noodzaak van kikkervisjes in zijn goudvissenkom. Ondanks dat zij ijverig de algen opaten en in theorie dus helpen de kom schoon te houden. Het hielp ook niet erg dat enkele mensen kikkers vreselijk enge dieren vinden. Zelfs als ze net een centimeter lang zijn, nog geen springpoten hebben en nog geen insecten eten. 

De drie kikkervisjes zijn dus verhuisd. Ze zwemmen nu rondjes in een keurig klein kommetje op mijn eigen bureau, met een waterplantje er in. Minuscule achterpootjes zijn aan het ontstaan. Het is echt een wonder om te aanschouwen. Hoe lelijk ze ook zijn, want ze beginnen al echt een beetje kikkerachtig uit hun ogen te kijken. 

En wat nu... ik heb geen idee wanneer ze van algen overschakelen op insecten eten, en wat voor insecten dat dan wel zijn. Mijn dochter wilde al kikkers gaan houden, deze drie dus. Het mag niet van mij, tenzij ze kan laten zien dat ze voer voor die beesten te pakken kon krijgen. Zonder dan weer maden te maken met stukken vlees die ze in de zon wil leggen. 

Dus ik denk dat de vrijheid lonkt voor deze beesten. Ik kan nu eenmaal de natuur niet goed genoeg nadoen...

dinsdag 15 mei 2012

Ik heb een heel erg laag IQ vandaag...

"Meneer, ik snap het niet, ik heb een heel erg laag IQ vandaag." Zomaar een opmerking die tussen de bedrijven door gemaakt werd door een meisje. Ze is in die les overigens niet de enige die het niet snapt: overal gaan vingers de lucht in. We hebben het over snelheid, tijd en afstand. En hoe je van meter per seconde naar kilometer per uur komt. "Waarom moet je dat x 3,6 doen?"

Tja... hoe houd je als leraar in de gaten of iedereen het heeft gesnapt? Je kan onmogelijk iedereen langsgaan om dat te controleren, op een gegeven moment moet je er van uitgaan dat je voldoende hebt uitgelegd. Nu moeten ze het maar snappen, en anders lezen ze hun boek nog maar eens heel goed.

Het knaagt wel een beetje. Dit is nu eenmaal het nadeel aan klassikaal onderwijs. Je zou graag elke leerling de individuele aandacht geven die het verdient. En elke leerling zou je graag zó lesgeven dat ze alles snappen. Maar dat kan gewoon niet.

Moet het anders? Misschien. Toch kan ik me ook voorstellen dat het een zekere veiligheid geeft aan leerlingen. Dat je niet alles hoeft te snappen en dan toch nog gewoon vrolijk mee kan doen. Dat de leraar je niet ALTIJD op de huid zit als je ook maar iets niet snapt. Dat een zesje niet veel is, maar wel voldoende.

maandag 14 mei 2012

Uitdaging

Hebben leerlingen het zwaar? Dat is een redelijke vraag. Je ziet soms loodzware tassen op wel héél tengere schouders. En dan moeten ze vaak ook nog lang reizen per dag. En dagelijks naar een aantal mensen luisteren die ze vertellen wat ze moeten doen. En huiswerk maken. Ik zou zelf moeite hebben met dit uitdagende programma geloof ik...

Of we nu medelijden met ze moeten hebben of niet, dat is de vraag. Vandaag zag ik wat er gebeurt in een klas als het werk te makkelijk is. De leerlingen moesten vragen beantwoorden die heel algemeen gesteld waren. Ook de begeleidende informatie in hun lesboek kon beter: er waren weinig verwijzingen naar websites bijvoorbeeld.

Dus. Bij algemene vragen horen algemene antwoorden, zag je leerlingen denken. Eénregelige antwoorden bij voorkeur. Niet onderbouwd, "want nergens stond een website bij". Slordig geschreven. Je merkte het ook in de klas: vanwege de onduidelijkheid werd het rumoerig, de leerlingen wisten niet precies wat ze moesten doen en vonden het maar niks.

Uitdaging is dus wel echt belangrijk. Natuurlijk met mate, en elk op z'n eigen niveau. Maar wel een aandachtspunt, voor leraar en ook voor mensen die leermaterialen maken.